We hebben een knusse stadstuin. Toen Kitty's ouders verhuisden naar een chique wijk in Tilburg, de Blaak, kwam hun huis vrij. Kitty en ik waren net afgestudeerd met het hoofdvak Schoolmuziek Akte B en hadden een baan; ik in Rosmalen aan het Hoogveldcollege en Kitty aan het Maurickcollege te Vught. Wij grepen de kans met beide handen aan, het was een groot huis (6 slaapkamers, doorzonkamer en kleine tuin achter. We waren er blij mee en nu, 41 jaar later, wonen we er nog.
Er stond een schuurtje achter ons huis en er liep een tegelpad langs het grasveldje tussen huis en schuur. Wij hadden geen grotere tuin nodig, het ontbrak ons soms aan tijd om de tuin bij te houden. Naast mijn parttime baan in Rosmalen studeerde ik namelijk nog drie jaar aan het conservatorium aan mijn vervolgstudies: Directie Uitvoerend Musicus en Theorie der Muziek. Nadat ik die had afgesloten ging ik fulltime aan de slag en kwamen er al snel drie kinderen kort op elkaar. Ons tuintje werd het speelveld van de kinderen en ik metselde er met grote grondigheid een diepe zandbak in. Wij waren bang dat er mieren in zouden komen, dus om de kinderen te beschermen bouwde ik een bakstenen zandbak van zo'n anderhalve meter diep in de hoek van het tuintje. Wij pakken dit soort zaken grondig aan. De kinderen waren er gelukkig mee en wij dus ook.
Gaandeweg werden de kinderen groter en werd het moeilijker om een rustig gezinsleven te combineren met ons bestaan als musici. Oom Herman van Buul was zo vriendelijk om een aanbouw te ontwerpen en na herhaaldelijke aanpassingen op het ontwerp, omdat de welstandscommissie niet echt meewerkte, konden wij de studio laten bouwen. De diep ingemetselde zandbak werd met de nodige moeite gesloopt en we verbouwden onze woonkamer en verplaatsten de keuken. We hebben toen, in die tijd, een mooie Japanse sierkers geplant. Twintig jaar later, was het een sieraad voor de tuin met in het voorjaar weelderige bloemen en zo rond september duizenden rode sierkersen.
Klokslag 19:00 uur kwamen er een twintigtal mussen in de boom zitten. Ze maakten een leven van jewelste, zo erg zelfs, dat het af en toe ons praten overstemde. Al met al duurde dit feestje ongeveer een kwartiertje. Daarna hield het getjilp even plotseling op als dat het was begonnen. Wij genoten van de levendige bedrijvigheid van de mussenfamilie.
De boom is niet meer, hij werd veel te groot voor het kleine tuintje en gaf veel overlast aan de buren. Met pijn in het hart moesten we de boom verwijderen en plaatsten we drie geleide Amberbomen in de plaats. De mussen bleven weg; het werd stil in ons tuintje. Gelukkig is in het afgelopen jaar weer enig leven in de tuin teruggekomen: behalve de mussen hebben ook koolmezen, merels, spreeuwen en duiven de beschutting van de bomen opgezocht. De rust wordt af en toe verstoord door wat eksters, maar die blijven nooit lang rondhangen. Toch kijk ik met een zekere weemoed terug op wat was. Hoe zei Couperus het ook weer: 'Van oude mensen, de dingen die voorbij gaan.' Het is niet anders.
Comentarios