D'eene bemint zulk een soort van geleerdheidt,
d'ander eene andere, en dus worden dezelve altemael
doorsnuffelt en geoefent. Elk behaegt ondertussen
die geene 't meest, die met zijn sin best overeenkomt,
en dese kan men noyt beter leeren kennen dan uit boeken.
H. Wetstein, 1703
Ik hou van boeken en van lezen. Bovendien vind ik het bezitten van boeken geweldig. Het feit dat ik zomaar een boek kan pakken als ik er zin in heb, vind ik fijn. Ik weet welke boeken ik heb en ook waar ik ze kan vinden in mijn collectie. Boeken geven mij een goed gevoel. Mijn leermeesters Jan van Dijk en Cor de Man vroegen in mijn studententijd vaak hoe het boek dat we bespraken eruit zag; dik, dun, welke afmetingen... De inhoud van het boek was het belangrijkst, maar de vormgeving deed er wel degelijk toe. De 'beleving' van het boek wordt er bij mij in hoge mate door bepaald. Dit aspect mis ik een beetje bij e-books, hoewel ik daar ook wel weer de voordelen van zie.
Soms kom je boeken tegen die je gewoon móet hebben. Ik hoorde op Radio 1 een interview met een vrouw met een beetje typische stem, Truusje Goedings. Het ging over haar onderzoek naar afsetters en oplichters ofwel De kunst van het kleuren 1480-1720. De aankondiging van het interview vond ik niet bijzonder, ik haakte bijna af. Insteek was de populariteit van kleurboeken voor volwassenen waarmee de markt momenteel overspoeld wordt. Niet dat ik neerkijk op dergelijk tijdverdrijf, maar een beetje stoffig vind ik het wel. Zeker als je de motieven bekijkt die we daarbij moeten inkleuren. Ik ben blij dat ik toch ben blijven luisteren. De betrokkenheid waarmee Truusje sprak en haar passie voor het onderwerp, maakte dat ik geboeid bleef luisteren. Na het interview heb ik het boek meteen besteld bij Bol.com. Voor iemand die niet veel tijd vrij wil maken om daarvoor naar de stad te gaan, een uitstekend alternatief. Het boek overtreft mijn hoge verwachtingen. De uitgave onder redactie van Sytze van der Veen en uitgegeven door VANTILT, werd mogelijk gemaakt "door de zeer gewaardeerde financiële ondersteuning van mevrouw Isa de la Fontaine Verwey-le Grand". Hierdoor is het prachtige, rijk geïllustreerde boek waarschijnlijk betaalbaar gebleven. Bovendien past een chique mecenas wel bij dit onderwerp.
Wat zijn nu eigenlijk die afsetters en oplichters? Het waren ambachtslieden die de tapijten in de huizen van adelijke lieden en vermogende burgers herstelden. Deze tapijten werden gebruikt om vocht en kou te weren en dienden ook meteen als wandversiering. Vervanging was duur, dus lag het voor de hand de tapijten bij slijtage zoveel mogelijk te herstellen. Dat herstelwerk werd gedaan door de zogenaamde afzetter. Hij zette het tapijt dan af met een rand. Een zelfde procedé was gangbaar in de cartografie, waarbij de afzetter door het aanbrengen van bijvoorbeeld gekleurde grenzen voor een verhelderend contrast zorgde. De inkleuring deed het kaartbeeld 'oplichten'.
In de vroege 16de-eeuw pasten afsetters en oplichters hun ambacht toe op het schilderen van taferelen op tapijten in plaats van het kostbaardere weven van die afbeeldingen. Het was sneller en goedkoper en omdat ze die geschilderde tapijten voor als geweven verkochten, kreeg het woord 'afzetten' de pejoratieve betekenis die is overgebleven. Deze en meer wetenswaardigheden staan in dit prachtige boek dat nu mijn persoonlijke bibliotheek verrijkt. Ik kan het boek dan ook van harte aanbevelen.
ความคิดเห็น